Ingrediënten:
125 gram krenten en rozijnen
150 gram gehakte appel
500 gram witte bloem
45 gram gist
125 gram ei
10 gram zout
450 gram lauw water
zonnebloem- of archaïdeolie voor het frituren
Bereiden:
Heel belangrijk: laat de krenten en rozijnen drie dagen van tevoren gedurende tien minuten in lauw water liggen. De gedroogde vruchten wellen: ze krijgen een hoger vochtpercentage (van 20 naar 45 procent) waardoor ze geen vocht uit het beslag opnemen. Bewaar ze in de dagen tot het beslag maken in een bakje of zakje. Als krenten/rozijnen wél vocht opnemen, zorgt dat voor een droge oliebol.
Beslag: Roer de ingrediënten - bloem, gist, zout, ei en melk - door elkaar met behulp van een mixer. Bij een mix: doe de melk erbij. Roer net zolang totdat er een glad beslag in de kom zit, zonder klontjes.
Roer vervolgens de krenten en rozijnen door het beslag en laat het rijzen. Het volume van het beslag moet verdubbelen. Een truc om te zien of dat gebeurt: doe de mengkom halfvol en wacht tot het gerezen beslag tot de rand komt.
Zodra het beslag is gerezen, is het belangrijk om het nog een keer door te roeren zodat een deel van de lucht eruit ontsnapt. Pas dan kan het bakken beginnen.
Frituren: Verhit de olie tot 170 graden Celcius.
Schep met een vochtige ijsschep bolletjes beslag en doe ze in de pan. Ze zijn niet zo groot, maar ze groeien in de olie twee keer zo groot. Keer ze om als ze aan één kant bruin zijn. In acht minuten zijn de bollen klaar.
Let op:
-De stukjes appel moeten net zo klein zijn als de krenten en rozijnen. De appel zorgt er voor dat de vetsmaak van de oliebol wordt verdoezeld.
- bij een gewone frituurpan niet meer dan maximaal vijf in de pan doen, anders daalt de temperatuur van de olie en worden de bollen niet gaar.
donderdag 4 januari 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten